Eerder berichtten wij over de aanbesteding van de schoonmaak van sportaccommodaties door de gemeente Pijnacker-Nootdorp. Deze aanbesteding, zo blijkt, voldoet volgens de Code Schoonmaak aan geen enkel redelijk criterium. De gang van zaken leidde zelfs tot vragen van CDA-fractievoorzitter Janno Meijer. De gemeente kwalificeert schoonmaakwerk als eenvoudig en acht het daarom redelijk om de prijs doorslaggevend te laten zijn.
De vragen die fractievoorzitter Janno Meijer stelde, zijn inmiddels beantwoord door het college van burgemeester en wethouders (B&W). De opdracht is gegund aan een lokaal bedrijf dat geen lid is van een werkgeversorganisatie en geen ondertekenaar is van de Code Schoonmaak. Dit geldt overigens ook voor de gemeente Pijnacker-Nootdorp zelf. Is dit gedrag passend voor een zichzelf respecterende gemeente?
Gunning
De schoonmaakopdracht is gegund aan Cleaning Service Sayadi uit Pijnacker, eigendom van Othman Sayadi. Het bedrijf is geen lid van Schoonmakend Nederland of Siev en heeft de Code Schoonmaak niet ondertekend. Een bezoek aan de website van Cleaning Service Sayadi levert geen informatie op. Op hun Facebookpagina valt te lezen: “Wij hebben de beste tarieven en leveren de beste kwaliteit” en “Wij gebruiken de enige aanbevolen schoonmaakmiddelen van de gezondheidsafdeling en nog veel meer.” De vraag rijst: wat bedoelen ze precies met ‘en nog veel meer’?
Beantwoording vragen
Namens het college zijn de schriftelijke vragen van Janno Meijer beantwoord door burgemeester Björn Lithhart en secretaris Annelies Kroeskamp. Het college stelt op de hoogte te zijn van het artikel in Clean Totaal en herkent de beweringen, maar erkent ze niet: “De Raad voor Arbeidsverhoudingen Schoonmaak- en Glazenwassersbranche (RAS) heeft in eerste instantie kritische vragen gesteld over deze aanbesteding, in het kader van de Code Verantwoordelijk Marktgedrag. In reactie daarop hebben wij onze visie en standpunten als opdrachtgever aan zowel de markt als aan de RAS toegelicht.”
De opmerking dat de Code Schoonmaak ‘zelden partijen tegenkomt die niet openstaan voor onze redenaties, zeker niet als ze er via de nota van inlichtingen op worden gewezen door de inschrijvende partijen,’ geeft volgens het college een verkeerd beeld: “De vragen en redenaties van deze partij (en de vragenstellers bij de nota van inlichtingen) zijn wel degelijk ontvangen, gelezen, afgewogen en beantwoord. Echter, niet alle antwoorden voldeden aan de verwachtingen van deze partij. Dit is inherent aan het proces van een aanbesteding, waarin de belangen van de opdrachtgever (zoals het budget) worden afgewogen tegen die van de markt (opdrachtnemers).”
College houdt vast aan andere vorm van indexeren
Over de wijze van indexeren merkt het college het volgende op: “Omdat er tarieven zijn ingediend met een prijspeil van augustus 2024, en de CAO-stijgingen in juni 2024 hebben plaatsgevonden, hebben partijen deze wel degelijk kunnen verwerken in hun tarieven. Daartegenover staat dat de gemeente, met het oog op het beschikbare budget, vasthoudt aan een indexatie (vanaf 2025) op basis van de CBS-prijsindex ‘81.2 diensten in verband met gebouwen, reiniging’. De looptijd van de opdracht is, afhankelijk van verlenging, in totaal zes jaar.”
Wegingscriterium: 40% kwaliteit en 60% prijs
Bij de aanbesteding hanteerde de gemeente de verhouding van 40% kwaliteit en 60% prijs en beargumenteert dit als volgt: “De schoonmaakbranche is een zeer competitieve markt, waarbij prijzen normaliter dicht bij elkaar liggen. Een gering prijsverschil kan met een weging van 40% voor kwaliteitscriteria ruimschoots worden overbrugd, waardoor de bewering dat er uitsluitend op prijs is gegund, niet standhoudt. De bewering dat ‘de honden geen brood lusten’ van de aanbesteding van Pijnacker-Nootdorp is onjuist gebleken, aangezien er vijf inschrijvingen van schoonmaakbedrijven zijn ontvangen.”
Een opmerkelijke conclusie, zo lijkt het. Omdat vijf bedrijven kennelijk weinig belang hechten aan de Code, wordt de stelling onderuitgehaald. Als vijf auto’s door rood rijden, wordt door rood rijden dan de nieuwe norm? Wellicht kan het college eens nader kennis nemen van de exacte inhoud van de Code.
Ligt het niet aan de gemeente Pijnacker-Nootdorp?
Het college betreurt het dat de gemeente negatief in het nieuws is gekomen en blijft van mening dat de berichtgeving onterecht is. Het college verwijt dit de RAS/Code Schoonmaak: “Een andere partij heeft ervoor gekozen om haar onenigheid publiekelijk te uiten, ondanks dat wij de juiste procedures zorgvuldig hebben gevolgd en nageleefd. Wij hechten veel waarde aan transparantie en eerlijkheid in onze communicatie. Daarom willen wij benadrukken dat wij alle nodige stappen hebben ondernomen om correct te handelen en aan alle regels te voldoen.”
Een door de redactie aanvullend gestelde vraag werd door de woordvoerder afgedaan met de reactie: “Gezien de nog lopende vragen van de gemeenteraad aan het college kunnen we hierover helaas op dit moment geen nadere informatie verstrekken. Alle openbare informatie kunt u inzien op TenderNed.” Lopende vragen?
Fractievoorzitter Janno Meijer laat ons weten zich te beraden op verdere stappen: “Ik ga erachteraan!”
De soap is dus nog niet ten einde.
Tekst: Henk Cornelisse
Beeld: Vera de Kok via Wikimedia