Het is niet overal in de schoonmaak kommer en kwel. Sommige bedrijven groeien langzaam maar gestaag door. Dat zijn de bedrijven waarin zaken die van nature al uitgaan van met veel ophef in de Code Verantwoord Marktgedrag opgenomen zaken. Bedrijven waarin de klant en de medewerker echt centraal staan in plaats van de focus op verdiensten op korte termijn. Zo’n bedrijf is G. Van Alem BV uit Groenekan. In onze tweede aflevering over succesvolle MKB Schoonmaakbedrijven spreken we met Gerard van Alem (l) en Stefan Faaij (r), respectievelijk algemeen en operationeel directeur.
Hoe ziet de toekomst eruit voor Van Alem. De afgelopen jaren is er steeds groei geweest. Zet die door? Van Alem: “Ja, maar niet meer automatisch. Je merkt dat sommige klanten minder goed in de slappe was zitten. Dan moet je gezamenlijk kijken of je met minder schoonmaak voor een bepaalde periode een aanvaardbaar resultaat overhoudt. Dat kan bijvoorbeeld niet bij een kinderdagverblijf. Dan kiezen we ervoor om met minder omzet genoegen te nemen, want minder kwaliteit leveren willen we niet. Het betekent wel dat je wat meer nieuwe klanten nodig hebt dan door autonome groei binnen komen. De meeste nieuwe klanten krijgen we door mond tot mondreclame, maar dat aantal is te gering om onze groei te handhaven. Daarom gaan we met ingang v
an dit jaar inschrijven op Europese aanbestedingen. Daarbij zullen we beslist niet de laagste inschrijver zijn. Kwaliteit is uitgangspunt en dat moet en mag iets kosten. Wij denken dat we ook in dit speelveld met argumenten kunnen winnen.” Faaij vult aan: Echte prijskopers halen we natuurlijk niet binnen, maar die willen we ook niet. We hebben geen interesse in opdrachtgevers waar de prijs veel belangrijker is dan de kwaliteit en de werkomstandigheden van de schoonmakers. Die zijn namelijk toch binnen korte tijd weer vertrokken omdat ze ergens anders een paar centen kunnen winnen. Wij investeren in onze opdrachtgevers en met het eigen maken van hun wensen en processen ben je al snel een jaar bezig. Als je dan het jaar daarop weer op de keien staat, is dat niet bepaald een renderende investering. Dat past bovendien niet in onze bedrijfsstrategie waarmee we inzetten op langdurige relaties.”