Iedere dag zetten schoonmaakploegen door heel het land hun beste beentje voor om een schoon Nederland te realiseren. Zo ook op Schiphol, daar worden vliegtuigen gereinigd door jongeren van Asito. Rechtstreeks vanuit het praktijkonderwijs aan het werk in de wijde wereld. Staatssecretaris Tamara van Ark van het Ministerie van Sociale Zaken & Werkgelegenheid ging op bezoek en reageerde enthousiast: “Deze jongeren doen prachtig werk.”
Komt een vliegtuig uit Japan, dan is het een makkie. Passagiers die daar vandaan komen houden het vliegtuig schoon en netjes. Maar er zijn ook vliegtuigen vanuit andere bestemmingen waarin de jongeren vanuit de praktijkschool flink aan de bak moeten. Daar staat iets tegenover, want wie kan er nu vertellen dat ie elke dag een heel stel cockpits van binnen ziet?
Van school naar de praktijk
Op 12 februari lieten Roy, Ferhat, Berkan, Timo, Daisy en Oguzhan aan staatssecretaris Tamara van Ark en Ap Reinders, wethouder uit Haarlemmermeer (sociale zaken), zien wat hun werk bij Asito voor hen betekent. Alle vijf liepen ze een leerwerkstage bij het schoonmaakbedrijf. Na hard werken met drie dagen stage en één dag praktijkschool zijn ze gecertificeerd vliegtuigschoonmaker. Met een contract bij Asito op Schiphol.
Asito vindt het belangrijk om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt verder te helpen. Door een stagetraject of door hen in dienst te nemen. Mensen die langdurig werkloos zijn, schoolgaande jongeren die werkervaring nodig hebben, statushouders die hun eerste stappen op de Nederlandse arbeidsmarkt zetten en mensen met een arbeidsbeperking: Asito wil al deze mensen een plek in haar organisatie geven.
Normaal dat iedereen meedoet
“Deze jongeren doen prachtig werk. In vliegende vaart zo’n enorme kist schoonmaken. Leuk om te horen hoeveel plezier ze er in hebben”, zegt staatssecretaris Tamara van Ark van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Zij raakte onder de indruk hoe de organisatie er voor zorgt dat een heleboel mensen aan het werk zijn die niet altijd zo vanzelfsprekend aangenomen worden. “Het moet in de samenleving normaal zijn dat iedereen mee doet en je ziet hier hoe mooi dat kan.”