In een artikel in de Volkskrant van 16 april jl. tekent dr. Noortje van Amsterdam, docent aan de Universiteit van Utrecht, het volgende op: “Stel je eens voor dat je stelselmatig voor schoonmaakster wordt aangezien, terwijl je onderzoeker bent.“
Door Henk Cornelisse, redactielid Clean Totaal
Het artikel in de Volkskrant gaat over de vooroordelen ten aanzien van mensen met zwaarlijvigheid. Noortje wil afrekenen met in haar ogen misplaatste vooroordelen , maar zij deinst er kennelijk in de eerste alinea van haar artikel niet voor terug gelijk de schoonmaakster te stigmatiseren.
Alsof schoonmaaksters zwaarlijvige mensen zijn die minder zijn dan een of andere onderzoeker?! Van een lagere maatschappelijke betekenis zijn. Laatdunkend en denigrerend voor de schoonmaakster. Dit terwijl het artikel juist gaat over (misplaatste) vooroordelen.
Erger maakt Noortje het nog als je haar vergelijking plaatst in de context plaatst van de volgende zin in haar artikel: “Of dat je ‘avonds wordt betast door een paar mannen en dat zij, als je stop roept, zeggen dat je blij mag zijn met deze aandacht.”
En dat voor iemand die nota bene afgestuurd is in Culturele Antropologie en Sociale Psychologie aan de Universiteit van Amsterdam. Wellicht wilde Noortje in haar artikel afrekenen met stereotypen maar voegt zij er nu juist één aan toe.
Wij vroegen Noortje om een reactie: “Natuurlijk was het niet mijn bedoeling om schoonmakers te stigmatiseren. De voorbeelden in de eerste alinea van mijn stuk in de Volkskrant komen direct uit de interviews die ik heb gehouden met zwaarlijvige mensen. In één interview gaf een onderzoekster aan het vervelend te vinden veelvuldig voor schoonmaakster aangezien te worden, omdat ze daardoor in werkrelaties steeds aan liep tegen de misplaatste veronderstelling van anderen niet geschikt te zijn voor haar werk als onderzoeker puur en alleen door haar omvang. Die miskenning is waar het in het stuk om gaat. Er zijn, ten onrechte naar mijn idee, stereotypen die schoonmakers en zwaarlijvigen delen. Onder andere dat ze een lage sociale status hebben en dom zouden zijn. Het spijt me als ik de indruk heb gewekt het eens te zijn met deze stereotypering of deze heb bekrachtigd. Dat is nooit mijn bedoeling geweest.”
Laten we het, hoe kwetsend het artikel ook leest, gelet op de reactie van Noortje van Amsterdam het maar houden op een slip of the pen. Of zoals wijlen volkszanger André Hazes het zou treffend zong: “Nee, zo heb ik het nooit bedoeld!”